Landré heeft een rijke historie. In het intussen 160 jarig bestaan is er natuurlijk een hoop gebeurd. Het begon allemaal bij meneer Landré die een brief verzond aan zijn toenmalige compagnon. In sierlijke letters vroeg hij om een mondelinge afspraak om zaken te bespreken die hij liever niet per brief besprak. Hieruit ontstond Landré & Glinderman. In deze blog kijken we terug op een rijke geschiedenis waarin Landré beursgenoteerd én koninklijk is geweest en zelfs grasmaaiers verkocht. Zie hier onder het transcript van de 162 jaar oude brief, waar het allemaal begon.
Het manuscript van de brief
Amsterdam 12ᵉ maart 1862.
J. Glinderman
Adres Utrechtsche IJzergterij
Mijnheer!
Door eenige tijd had ik het genoegen om kennis te maken, ten huize van mijn zwager, den heer Schunze le ’s Hage,
Daar ik uw gaarne eens menselijk te spreeken over eene zaak, welke ik liever mondeling dan schriftelijk behandel, zou het mij aangenaam zijn van uw te vernemen.
Naar wanneer ik uw aanstaande zondag 16 december zoude kunnen ontmoeten, indien ik per 2e trein kom. Of zo mogelijk, per beurstrein meder te vertrekken, tenzij uw een dezer dagen in Amsterdam mogt komen, in welk geval ik zulks gaarne zal vernemen.
In afwachting uwe geachte berichten heb ik geëerd te zijn uw dienaar.
J. Landré
Hoe ging het verhaal verder?
Na het gesprek tussen Landré en Glinderman ontstond, jawel: Landré en Glinderman. Op 1 januari 1863 vestigde Vennootschap Landré en Glinderman zich in een Amsterdams grachtenpand op ‘het Singel’. Hierna groeide het bedrijf hard. In 1865 werden er nieuwe magazijnen gehuurd aan het Droogdok en de Haarlemmer Houttuinen. In 1869 werd het pakhuis ‘de resolutie’ in de Spuitstraat gekocht. Ze maakte zelfs reclame in de Tielsche courant.
”Besef dat het een klein aantal mensen betreft die vooruit zien. Die weten, dat machines de mankracht gaan vervangen. Die weten wat wij nú weten: dat de eeuw van mechanisatie en industrialisatie in aangebroken.”
Koninklijk bezoek bij Landré
1872 was het jaar dat zijne majesteit Koning Willem de 3ᵉ persoonlijk aan de firma een vergunning verleende tot het voeren van de titel ”Koninklijke Magazijnen van Werktuigen”. In 1873 verleende de koning een vergunning tot het voeren van het koninklijk wapen! Bovendien werd in 1886 de firma bezocht door Koning Willem de 3ᵉ en Koningin Emma. De kranten stonden er vol mee, aangezien het een hele eer was voor een particulier bedrijf. De Amsterdamse Brandweer-telegram werd voor de aankondiging gebruikt en werd bezorgd in een envelop van de politie.
”Moed, inzicht en vooruit zien.”
Al sinds het begin der tijden is dit de overtuigende visie van Landré. In het heden doen we ons best om dit voort te zetten!